10% van de werknemers in Europa heeft een burn-out (2015). Amerikaans onderzoek liet zien dat 28% van de millennials het gevoel heeft een burn-out te hebben. Stress lijkt een dominante plek in ons bestaan in te nemen. Burn-out draagt vaak definitie van emotionele uitputting, cynisme en verminderd professioneel functioneren. Maar niet iedereen is het hier over eens.

Laten we een onderscheid maken tussen korte termijn stress en burn-out. 80% van de mensen met korte termijn stress (minder dan drie maanden) herstelt binnen een paar maanden. Ze zijn binnen 6 tot 12 weken weer (deels) aan het werk. Het herstel van een burn-out kan langer dan een jaar duren. Sommige studies laten zien dat van de mensen met een burn-out 25 tot 50 procent binnen 2 tot 4 jaar nog niet volledig hersteld is. Dat geeft voldoende motivatie om te voorkomen een burn-out te krijgen, zou je kunnen zeggen.

Je kunt een burn-out vanuit verschillende perspectieven proberen te verklaren. Het biologische perspectief gaat uit van overbelasting en vooral gebrek aan herstel. Het stress systeem van de hersenen gaat in een constante actieve stand, en kan niet meer ontspannen. Daardoor blijft men te lang in de stressstand staan. Dit put het lijf uit. Zelfs als er tijd is om te ontspannen, lukt het niet meer om dit te doen. Het arbeids-psychologische perspectief kijkt naar de disbalans tussen werk-eisen en energie gevers. Versimpeld; er wordt teveel gevraagd van de persoon in kwestie. Dit kan komen door zowel daadwerkelijke hoge eisen als de manier hoe de persoon ermee om gaat. De persoon doet ondertussen te weinig dingen die voor ontspanning en plezier zorgen.

Merk je langere tijd stress, dan is het handig om je huisarts te raadplegen. Het kan al helpen om korte tijd veel rust te pakken. Na een periode van rust herstelt het stress systeem zichzelf soms weer. Is het niet voldoende, dan kun je overwegen om meer hulpverlening op te starten. In het Omnium worden veel mensen met burn-out klachten ondersteund. Psychologische hulpverlening onderzoekt dysfunctionele patronen en hoe je anders met stress om kunt gaan. Als je de oorzaak van de stressklachten niet aanpakt, is de kans groot dat ze in de toekomst gewoon terugkomen namelijk.

Sten Dallinga is naast sportpsycholoog ook werkzaam als psycholoog in burn-out (preventie). Meer weten; kijk op de website (www.hetomnium.nl) of stuur een mail naar info@hetomnium.nl

https://www.tandfonline.com/doi/full/10.1080/1359432X.2021.1948400

Mijn naam is Hans Stam, 56 jaar en ik ben werkzaam als operationeel adviseur bij de N.V. Nederlandse Gasunie in Groningen. Op zondag 7 maart 2021 ben ik betrokken geraakt bij een verkeersongeluk. Hierbij heb ik een Tibia fractuur opgelopen (gebroken knie). Dit resulteerde in vijf dagen ziekenhuisopname, een operatie en revalidatie.

Deze revalidatie bestaat uit twee fasen, een passieve en een actieve fase. In de passieve fase mocht ik 7 weken lang mijn knie niet belasten. Op 23 april is de actieve revalidatie gestart en deze is op 25 november beëindigd.

Ik zocht een praktijk die ervaring heeft met complexe fracturen om mij te ondersteunen met de revalidatie. Op aanraden van de traumachirurg van het Martini Ziekenhuis ben ik in Het Omnium terechtgekomen. Mijn revalidatie is gestart bij de fysiotherapeuten van MCZ, maar gaandeweg zijn er verschillende expertises bij betrokken geweest.

Mijn behandeltraject heeft tot nu toe bestaan uit:

  • 2 keer per week fysieke fysiotherapie in het Omnium;
  • 5 – 7 keer per week thuisoefeningen uitvoeren die werden gecommuniceerd via een app. Regelmatig andere oefeningen o.b.v. de voortgang in de revalidatie;
  • Stabiliteits- en krachtoefeningen in de oefenzaal in Het Omnium;
  • Oefeningen m.b.t. mijn uithoudingsvermogen. Deze vonden m.n. plaats op het kunstgrasveld van sportpark Velocitas (naast Het Omnium);
  • Krachtmetingen door een bewegingswetenschapper van MCZ. Deze krachtmeting is 3 keer uitgevoerd. Het krachtverschil in beide benen was respectievelijk 41%, 15% en 4%, er is dus een mooie verbetering te zien;
  • 2 keer per week intervaltrainingen middels hardlopen of op de hometrainer (dit begint pas verderop in de revalidatie);
  • Een afspraak bij de podoloog Schutrups om de stand van enkel en onderbeen nader te beoordelen;
  • Recentelijk is er ook nog een loopanalyse uitgevoerd om te kijken of er afwijkingen te zien zijn bij het hardlopen. Die indruk bestond omdat ik tijdens sommige veldtrainingen last kreeg van mijn linkerenkel.

De revalidatie heb ik als zeer positief ervaren. Er wordt goed naar de cliënt geluisterd en waar nodig worden verder stappen ondernomen. Verder heeft Het Omnium als groot voordeel t.o.v. de lokale fysiotherapeuten, dat er heel veel expertises binnen handbereik zijn en ‘direct’ geconsulteerd kunnen worden. Zo is er een keer advies gevraagd aan één van de sportartsen van het Martini Ziekenhuis die ook gevestigd zijn in Het Omnium.

Mijn dank gaat uit naar Het Omnium en in het bijzonder Chris, Daan, Wouter (MCZ) en Bas (Schutrups).

Wie ben je?

Mijn naam is Pierre Semudenge. Ik ben voetballer en Dream Coach.

In de loop der jaren ben ik meer en meer gaan inzien dat mentale kracht allesbepalend is voor fysiek kunnen. Om deze reden heb ik de afgelopen jaren mentaal de blauwdruk gecreëerd om de beste versie van mezelf te bouwen. Om hiermee uit te groeien tot de best mogelijke voetballer die ik kan worden.

Naast mijn passie op het veld, heb ik een tweede passie: het op en naast het veld begeleiden van jeugdspelers door middel van mentale en fysieke coaching, om zo ook hun maximale potentie te kunnen verwezenlijken. Als Dream Coach verbind ik  de fysieke voetbaltraining met de persoonlijke ontwikkeling van het kind. Door deze twee elementen te verbinden, zul je zien dat het kind door de juiste mentale focus efficiënter zal zijn en de gewenste resultaten beter en sneller behaald zullen worden.

Het dag in dag uit progressie boeken voor het behalen van mijn doelstellingen als voetballer en als Dream coach de droomdoelen van mijn spelers waarmaken, daar draait het om voor mij.

Waar je kom je vandaan in je sportcarrière?

Ik heb de voetbal jeugdopleiding doorlopen binnen FC Groningen. Ik maakte mijn debuut als senior speler in de hoofdmacht van Be Quick 1887 onder leiding van trainer/coach Marcel Groninger. Daarna voetbalde ik in het buitenland, de VS en Roemenië als prof.

Waar sta  je nu?

Vandaag voetbal ik in het eerste elftal bij Be Quick 1887.

Waarom ben je in het Omnium?

Ik ben in het Omnium voor extra begeleiding gericht op prestatieverbetering. Ik heb naast het veld de juiste mentale voorwaarden geschapen voor het leveren van topprestaties. Binnen het Omnium sla ik de brug tussen mentaal en fysiek presteren door samen met de juiste experts, zoals Jan Arend Vredeveld van MCZ, te werken aan mijn fysieke doelstellingen.

Hoe helpen ze jou verder?

Het is altijd fijn binnenkomen in het Omnium. Daar ontmoet ik veel toffe mensen, spelers en staf met wie ik eerder ook heb samengewerkt als speler van FC Groningen. De  bewegingswetenschapers, inspanningsfysiologen en fysieke trainers van MCZ binnen het Omnium helpen mij met het verbeteren van mijn fysieke prestaties. Concreet, we trainen wekelijks aan mijn fysieke doelen voor het behalen van mijn droomdoel en het leveren van topprestaties op het veld.

Gedachten. We volgen ze blindelings op en nemen ze voor waar aan. Automatisch nemen we onze eigen gedachten serieus, en handelen direct op basis van deze gedachten. Maar wat zijn gedachten eigenlijk? Sta je daar wel eens bij stil? Probeer eens een concreet antwoord te geven, voordat je verder leest.


Veel mensen hebben het na deze vraag over beelden in het hoofd. Beelden over de toekomst, wat er mogelijk kan gaan gebeuren. Beelden over het verleden, wat er is gebeurd. Of zinnen die voorbij vliegen. Zinnen als ‘ik kan het niet’. ‘Ik heb er geen zin in’.  Beelden en zinnen is al wat anders dan absolute waarheden. Uiteindelijk zijn gedachten elektrische signalen in onze hersenen. Moeten we deze dan wel zo serieus nemen? Kan het ook zijn dat gedachten soms willekeurig voorbij vliegen, zonder dat je er direct wat mee moet gaan doen?

Met Acceptance and Commitment Therapy leren sporters gedachten te defuseren. Daarmee wordt de relatie met gedachten veranderd. Sporters leren gedachten af te zwakken, de lading gaat eraf. Daardoor hebben ze minder invloed, en heb je er waarschijnlijk minder last van.

Hoe minder impact gedachten hebben, hoe minder ze prestaties kunnen beïnvloeden. Je wilt tijdens presteren niet teveel afgeleid raken door je eigen hoofd. Je aandacht wil je bij voorkeur op je taak hebben.

Kijk eens of je anders kunt reageren op je gedachten. Merk ze simpelweg eens op, en kies er vervolgens voor of je er iets mee wilt doen of niet.

Het New Zealand All-Blacks Rugby team staat bekend als één van de meest succesvolle teams ter wereld. Ondanks het succes ruimt het team de eigen kleedkamer op na de wedstrijd. Zodat niemand anders het hoeft te doen. Waarom? “Niemand hoeft voor de All-Blacks te zorgen, omdat de All-Blacks voor zichzelf zorgen”. Nederigheid is een kernwaarde van het team. Het zorgt voor verbinding. En mogelijk zorgt juist die mindset voor het succes.

Een belangrijk element in een succesvol team cultuur is het neerzetten van gedeelde waarden. Waarden beïnvloeden zowel de mindset als gedrag. Ze geven richting waar naar toe te bewegen en hoe te gedragen. Maar het stellen van waarden alleen is nog niet voldoende. Wanneer waarden niet worden vertaald naar gedrag, blijft het te abstract. Er zijn vervolgstappen nodig. En hier ontbreekt het juist vaak aan. Met deze stappen kun je beginnen een betere teamcultuur te creëren.

Stap 1: Stel met het team gedeelde waarden op. Zoals nederigheid, moed, eenheid, passie, weerbaarheid etc.

Stap 2: Bepaal wat deze waarden betekenen voor gedrag. Link waarden aan gedrag tijdens en naast de training/wedstrijden. Maak gedrag concreet!

Stap 3: Verwerk de waarden in alle teamprocessen: Voorbereiding, hoe om te gaan met winst/verlies etc.

Bron: Beswick, B. (2016). One Goal: the mindset of winning soccer teams. United States, Champaign: Human Kinetics.

In het programma ‘Iedereen topsporter’ benaderen wij jouw doelen zoals die van een topsporter. Een topsporter richt zijn leven zo in dat hij of zij optimaal kan presteren om de gewenste doelen te behalen. De juiste voeding, beweging, ontspanning, faciliteiten, omgeving en ga zo maar door.

Wat doe jij om jouw doelen te behalen? En wat betekent optimaal presteren voor jou? Optimaal presteren is voor iedereen anders. Denk bijvoorbeeld aan een goede ouder zijn, een uitmuntende werknemer of een fit en gelukkig mens. Waarom zou je niet net als topsporters alles uit de kast halen om zo optimaal mogelijk te presteren (/te leven)? Het ‘Iedereen topsporter’ programma helpt jou je doelen te behalen. Met de focus op zowel de fysieke als de mentale gesteldheid komen de volgende aandachtsgebieden aan bod:

  • Juiste voeding
  • Voldoende ontspanning en slaap
  • Voldoende, en op een passende manier, bewegen
  • Faciliterende omgeving

Hoe het programma er precies uit ziet, hangt af van jouw doelen. Iedere deelnemer begint in ieder geval met een screening om het doel en de mogelijkheden om dit te bereiken helder te krijgen. Daarna volgt een plan van aanpak, volledig toegespitst op jouw wensen. Het gaat immers om jouw beeld van optimaal presteren. Mogelijke betrokken disciplines zijn een diëtiste, fysiotherapeut, psycholoog, sportarts en/of podoloog. Centraal in het programma zijn de terugkomende gesprekken met de leefstijlcoach, die samen met jou je leefstijl gaat managen.

Ben jij nieuwsgierig geworden? Of heb je nog vragen? Neem vrijblijvend contact op met onze leefstijlcoach door een mail te sturen naar: b.gritter@hetomnium.nl.


Na een langdurige blessure had ik veel moeite om weer met vertrouwen op het veld te staan. Dit speelde zowel lichamelijk (bang om opnieuw geblesseerd te raken) als prestatiegericht (angst om niet meer zoals voorheen te kunnen voetballen). Hierdoor was ik tijdens het voetballen bijna niet meer met het spel zelf bezig, maar was ik constant in mijn hoofd bezig met de fouten die ik maakte en vermeed ik onbewust bepaalde dingen uit angst om weer geblesseerd te raken. Mijn trainer raadde mij in een gesprek destijds aan om eens contact te zoeken met een sportpsycholoog voor mentale begeleiding bij mijn blessure. Vanuit hier heb ik toen deze keuze gemaakt.

Het gaan naar de sportpsycholoog in Het Omnium heb ik erg positief ervaren. Ik kon mijn verhaal kwijt, zonder dat de sportpsycholoog hier een oordeel over had. Daarnaast was niets fout en wilde hij je met alles helpen. Hierdoor voelde het voor mij vertrouwd om eerlijk mijn gehele verhaal te doen. Doordat ik dit gevoel vanaf het begin had, zag ik ook sneller verbetering in de dingen waarmee ik worstelde. 

Ik merk dat ik anders naar mijn gedachten ben gaan kijken. Als ik een fout maakte (in zowel sport, dagelijkse leven en werk) kon ik daar heel erg in blijven hangen. Door mijn bereidheid te trainen kan ik beter mijn gedachten ‘bedanken’ en doorgaan met wat ik zelf graag wil zonder in die gedachten te blijven hangen. Hierdoor ervaar ik meer rust en plezier in de dingen die ik doe.


Voetbalster 

In hoeverre sporters gemotiveerd zijn wordt bepaald door een complexe samenhang van psychologische eigenschappen en de (sociale) omgeving waar ze in presteren. Een psychologische eigenschap als consciëntieus (gewetensvol) zijn helpt mee om motivatie beter onder controle te krijgen. Als je hier hoog op scoort gaat het je makkelijker af om discipline te tonen en doelgericht te trainen. Psychologische eigenschappen verander je echter niet zo makkelijk. Waar je meer invloed op hebt, is de sociale omgeving rondom je sporter/team. In de sportpsychologie heet dit ook wel het motivationele klimaat; Hoe bepaal je of je succes hebt, waar vergelijk je je mee en waar streeft een sporter naar binnen diens sport.

Er is een onderscheid tussen een taak-klimaat en een ego-klimaat.

In een taak-klimaat ligt het accent op je eigen ontwikkeling. Een sporter vergelijkt zich vooral met diens eerdere prestaties. De focus ligt op vaardigheden verbeteren, meer kennis opdoen, inzet tonen en naar eigen kunnen presteren.

In een ego-klimaat ligt het accent op onderlinge vergelijking. Hier vergelijken sporters zich vooral met elkaar. Presteren is vooral een demonstratie hoe goed je bent ten opzichte van andere sporters.

De beide varianten zijn geen uitersten op dezelfde dimensie. Een sporter kan zowel een hoge taak als een hoge ego oriëntatie hebben.

Waar het ego-klimaat met het onderlinge vergelijken als focus vaak inherent is aan sport, doen (jeugd)coaches er goed aan te investeren in het taak-klimaat. Dit versterkt de motivatie, het zelfvertrouwen en het plezier van sporters. Wanneer er teveel accent op onderlinge vergelijking (ego-klimaat) ligt, en te weinig op eigen ontwikkeling en inzet (taak-klimaat), vermindert veelal de motivatie, vertrouwen en het plezier.

Hoe bepaal jij als coach, atleet of team je succes? Investeer in het taak-klimaat door meer focus te leggen op het verbeteren van vaardigheden, inzet tonen en naar eigen kunnen presteren.

Super tevreden!
Het betreft een voetblessure waar maar geen verbetering in zat. Verschillende “professionals” zijn ermee bezig geweest zonder resultaat, totdat we in Het Omnium Groningen terecht kwamen onder leiding van de zeer betrokken en kundige fysiotherapeute Malou Alferink van het MCZ. Alles kon op korte termijn op één dag ingepland worden wat zeer prettig was. In Het Omnium troffen we de sportarts Hans de Vries van het Martini Ziekenhuis en podoloog Siemen Oude Booijnk van Schutrups. Dit zijn dus echte professionals! Ze kwamen met de juiste diagnose en eveneens een goed/strak plan, BAM BAM BAM! Geweldig, de topsporter weet à la minute waar ze aan toe is! Dezelfde dag nog werden de zolen aangepast aan de nieuwe schoenen en kon er weer op Papendal getraind worden. De resultaten zijn na twee weken al erg goed. Ook de communicatie is uitstekend. Als topsporter word je hier serieus genomen en dat kunnen ze niet overal zeggen! Malou, Siemen en Hans heel veel dank. Jullie zijn behalve erg deskundig ook nog eens heel prettig in de omgang!

Familie Knollema

Wanneer kan ik mijn sport weer gaan hervatten?

Meer dan 90% van de sporters verwacht terug te keren naar de sport na een voorste kruisband (VKB) reconstructie. Eén van de eerste vragen die je stelt na een VKB reconstructie is daarom: “Wanneer kan ik mijn sport weer gaan hervatten”?

Keert iedereen terug naar de sport?

Dit lijkt een makkelijke vraag, maar in de praktijk blijkt dat terugkeren naar de sport een multifactorieel probleem is. Met andere woorden: er blijken verschillende voorwaarden van belang te zijn om succesvol te kunnen terugkeren naar de sport. Helaas blijkt dat slechts 65% van de amateursporters succesvol terugkeert naar het sportniveau van vóór de blessure. Ook krijgt een relatief groot deel van de jonge sporters een nieuwe VKB blessure. Eén van de redenen hiervoor is dat de beslissing om terug te keren vaak gebaseerd wordt op subjectieve criteria (bijvoorbeeld alleen gebaseerd op revalidatietijd), zonder objectief de voorwaarden voor een terugkeer naar de sport in kaart te brengen.

Hoeveel % keert terug?

  • Wel terug 65%
  • Niet terug 35%

Voorwaarden?

Ten eerste is de lengte van je revalidatietraject van groot belang of je succesvol en veilig terugkeert naar de sport. Een aantal jaren geleden werd traditioneel een revalidatie van 6 maanden geadviseerd. Echter, het blijkt dat een revalidatietraject van minimaal 9 maanden zorgt dat de kans op een nieuwe VKB blessure fors afneemt. Het advies is daarom om minimaal 9 maanden te revalideren na je VKB reconstructie, en misschien wel langer om alle voorwaarden zo goed mogelijk te trainen.

Maar welke voorwaarden spelen hierbij een rol? En hoe maken we deze voorwaarden meetbaar?

Kwaliteit van een revalidatie

Nog veel belangrijker dan de lengte van je revalidatie, is de kwaliteit van het revalidatietraject. In een serie blogs proberen wij op een makkelijke manier uit te leggen welke voorwaarden van invloed zijn op een terugkeer naar de sport, hoe deze voorwaarden te trainen en hoe deze voorwaarden te testen voordat je terugkeert naar de sport.

Immers, wanneer je deze voorwaarden niet test gedurende de revalidatie, ben je eigenlijk aan het gissen of de kwaliteit van je revalidatie wel goed genoeg was voor een terugkeer naar de sport…

> Revalidatietraject van minimaal 9 maanden

> Voldoende spierkracht

> Goede kniefunctie

> Goede bewegingstechniek

> Mentaal klaar

> Afgeronde veldrevalidatie

Auteur Wouter Welling

Mijn naam is Wouter Welling en ik ben werkzaam als bewegingswetenschapper bij MCZ in Groningen; een praktijk die de medische begeleiding verzorgt voor alle topsport in Noord-Nederland. Tot mijn takenpakket behoren onder andere het ontwikkelen van objectieve testbatterijen, het afnemen van blessure preventie metingen en het monitoren van de training load.

Na het afronden van mijn master Bewegingswetenschappen ben ik doorgegaan met promotieonderzoek naar voorste kruisband (VKB) blessures aan de Rijksuniversiteit Groningen. Het promotieonderzoek waar wij nu aan werken richt zich op ‘Return to sport decisions’ na een VKB reconstructie. Hierbij proberen we praktische en relatief makkelijk uitvoerbare meetmethoden te combineren, die voor elke therapeut uit te voeren zijn en die ondersteunend zijn in de ‘Return to sport decisions’.