Herstellen

Sportpsychologie: Zware blessure gehad, en merk je nu angst en twijfel?

Zware blessure gehad, en merk je nu angst en twijfel? Je bent niet de enige. Veel atleten met deze tegenslag merken meer twijfel en angst dan ze voorheen hadden. Je kunt het vertrouwen in je eigen lijf missen.
Misschien durf je sommige dingen niet meer en vermijd je ze. Twijfel, onzekerheid en angst zijn vrij normale emoties in een revalidatie.

Een tip die we vanuit de sportpsychologie vaak meegeven is het stellen van doelen. De doelen die je voor je blessure had, zijn op het moment waarschijnlijk niet haalbaar. Doelen helpen om je motivatie te bewaren, omdat ze een richting geven waar je naartoe wilt bewegen. En als je doelen handig inzet, kun je zelfs je vertrouwen er wat mee reguleren.

Een tip die je waarschijnlijk al kent is het opdelen in kleinere stappen. Je resultaatdoel is weer terugkeren in de sport. Maar omdat dit doel ver weg ligt, werkt het beter om naar korte termijn doelen toe te werken. Dus; eerst weer een X aantal minuten bezig zijn. Of een X aantal kilometers maken. Doordat deze doelen beter binnen bereik liggen, kunnen ze je meer gemotiveerd houden.

Een tweede tip binnen doelen stellen is het stellen van proces doelen.
Wat moet je nou precies doen om je resultaatdoel(en) te behalen. Dus; hoe vaak moet je trainen per week? Welke beweging wil je oefenen. Welke techniek, fysieke of mentale vaardigheid wil je centraal stellen in een training/week? Denk aan het juist afzetten bij een sprong, de technische uitvoering van een bal werpen/trappen of de mentale bereidheid om angst te verdragen. Focus je op deze doelen, in plaats van het einddoel wat zo ver weg ligt. Door het behalen van ‘tussen’ doelen en de focus op procesdoelen, blijft je motivatie waarschijnlijk hoger. Net als je vertrouwen.

Een tip die we vanuit de sportpsychologie vaak meegeven is het stellen van doelen. De doelen die je voor je blessure had, zijn op het moment waarschijnlijk niet haalbaar. Doelen helpen om je motivatie te bewaren, omdat ze een richting geven waar je naartoe wilt bewegen. En als je doelen handig inzet, kun je zelfs je vertrouwen er wat mee reguleren.

Een tip die je waarschijnlijk al kent is het opdelen in kleinere stappen. Je resultaatdoel is weer terugkeren in de sport. Maar omdat dit doel ver weg ligt, werkt het beter om naar korte termijn doelen toe te werken. Dus; eerst weer een X aantal minuten bezig zijn. Of een X aantal kilometers maken. Doordat deze doelen beter binnen bereik liggen, kunnen ze je meer gemotiveerd houden.

Een tweede tip binnen doelen stellen is het stellen van proces doelen.
Wat moet je nou precies doen om je resultaatdoel(en) te behalen. Dus; hoe vaak moet je trainen per week? Welke beweging wil je oefenen. Welke techniek, fysieke of mentale vaardigheid wil je centraal stellen in een training/week? Denk aan het juist afzetten bij een sprong, de technische uitvoering van een bal werpen/trappen of de mentale bereidheid om angst te verdragen. Focus je op deze doelen, in plaats van het einddoel wat zo ver weg ligt. Door het behalen van ‘tussen’ doelen en de focus op procesdoelen, blijft je motivatie waarschijnlijk hoger. Net als je vertrouwen.

Related Post
Sportpsychologie: Olympic blues
Het revalidatietraject van Rien Jansen
Het verhaal van Hans Stam
Ervaring van een profvoetballer